top of page

'Het was niet eens een baby.'

Ze zat wat zenuwachtig om zich heen te kijken, haar handen wriemelend in haar schoot. ‘Ik weet niet goed wat ik hier doe’, begon ze. Ik zweeg en liet haar tot rust komen.


Ze staarde naar haar handen en er liep een traan over haar wang. Ik zette in stilte de doos kleenex voor haar neer. Daar dient die doos voor, bevestigde ik.


Ze was verdrietig. En dat was stom. ‘Het was niet eens een baby. Althans nog niet.’ Dertien weken was ze toen een miskraam kreeg drie maanden geleden. En niets lukte sindsdien. De wereld draaide voor iedereen gewoon door. Maar niet voor haar. Ze wou vaak gillen. Weglopen. Of mensen slaan na goedgemeend advies.


Dikke tranen liepen over haar gave gezicht. Ik voelde haar pijn en dat greep me naar de keel.

Verdriet is niet stom. Het is een recht, haar recht. Ook om haar kindje dat door de wereld nog niet als persoon wordt erkend. Raar maar waar. Een miskraam wordt in onze maatschappij enorm gerationaliseerd. ‘Natuurlijke selectie’. En is se is dit ook zo. Daar kan iedereen zich wel in zekere mate in vinden.


Emotioneel gezien echter, laten we als mensen daar serieuze steken vallen. Bij dergelijk verlies is er geen afscheid. Geen plaats voor rituelen. En vaak geen plaats voor rouw. En dat is fout.

Praat erover. Reach out.




bottom of page